Vorige week deed de Haagse fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren, Robert Barker een opmerkelijke oproep: hij wil geen nieuwe tankstations meer in Den Haag en de bestaande tankstations uitfaseren. De oproep ging niet onopgemerkt voorbij. Het online medium voor petrolheads Autoblog haakte er direct enigszins grappig maar ook wel een kritisch op in. De oproep van Barker is geen nieuw en origineel idee. In de US zijn er al diverse gemeenten die een soortgelijk uitsterfbeleid voor tankstations hanteren. Ik schreef er in maart 2021 al eens over op deze website. De vraag is natuurlijk of het ook een goed idee is, dat uitfaseren van tankstations. Hoe je het ook wendt of keert, feit is dat de elektrificatie van het bijna 9 miljoen auto’s tellende wagenpark in inmiddels in volle gang is. Nederland zit samen met Noorwegen in de Europese kopgroep. Deze maakte Volkswagen bekend om in 2024 in Noorwegen te stoppen met de verkoop van auto’s met een verbrandingsmotor. Vanaf 2025 zullen in veel grote Nederlandse gemeente zero-emissie zones hun intrede gaan doen. In eerste instantie met name gericht op de binnenstedelijke distributie maar in later stadium volgen ook andere doelgroepen, waaronder uiteindelijk ook de personenauto. Kortom, de auto , bestel- en vragenwagen met verbrandingsmotor gaat langzaam maar zeker in de ban. Zelfs voor de mensen in de tankstationbranche staat wel vast dat de toekomst ligt bij batterij-elektrisch en waterstof. Er van uitgaande dat in 2030 alle nieuw verkochte voertuigen in Nederland geëlektrificeerd zullen zijn, is het zeer aannemelijk dat tegen 2040 een fors deel van het wagenpark geen benzine of diesel meer nodig heeft. Een daling van de vraag naar motorbrandstoffen op de Nederlandse markt met met 50 tot 70% ten opzichte van de huidige marktvraag is dan een reëel scenario. Logischerwijs betekent dit dat voor het grootste deel van de Nederlandse tankstations dat de marktvraag binnen circa 17 jaar letterlijk opdroogt en 17 jaar is een korte termijn gerelateerd aan de hoge investeringen in een nieuw tankstation. Een harde saneringsslag is de komende decennia in dit scenario dan ook onvermijdelijk. BZO Tankstations deed vorig jaar een groot onderzoek in opdracht van de gemeente Amsterdam naar de vraag welk type locaties deze saneringsslag zullen kunnen overleven door zich succesvol aan te kunnen transformeren naar grootschalige snellaadlocatie. Een conclusie was dat alleen de grote aan de randen van de stad en langs de grote toe- en uitvalswegen gelegen locaties daarvoor geschikt zijn. Voor heel Amsterdam een stuk of 15 van de in totaal circa 56 tankstations. Andere tankstationlocaties kunnen deels wellicht worden getransformeerd tot een buurtgebonden mobilityhub met ondermeer elektrische deelauto’s en een pickup point, maar voor circa de helft van de tankstations was de conclusie dat opheffing en herontwikkeling naar bijvoorbeeld woningbouw de beste optie is.
In het perspectief van de onvermijdelijke krimpende vraag naar motorbrandstoffen is de gedachte om met name in de hoogstedelijk gebied een uitsterfbeleid voor tankstations te hanteren op zichzelf een logische en goede gedachte…maar het moet wel onderdeel zijn van een bredere lang lokale termijnvisie op de energievoorziening voor het wegverkeer. Een goede analyse welke locaties in een gebied wel of niet geschikt zijn om te worden getransformeerd hoort daarbij. Wat er ook bij hoort is een dialoog met de marktpartijen en stakeholders bij de tankstationlocaties…een groep variërend van de lokale ondernemers tot de grote oliemaatschappijen en belangenverenigingen als BETA en VNPI. Wat is hun visie op de marktontwikkeling in een bepaald gebied en welke kant willen zij daar uit zijn belangrijke vragen om de transitie te laten slagen.
BZO Tankstations heeft de ervaring en de expertise om gemeenten hierbij te helpen met onderzoek, het formuleren van strategie en beleid maar ook als verbinder naar de stakeholders om deze uitdagingen aan te gaan.